Dringende Medische Hulp

Dringende Medische Hulp

Vanuit onze onthaalwerking en groepsondersteuning, kwamen er in de vereniging meer en meer signalen naar boven dat mensen zonder wettig verblijf veel hindernissen ondervonden in de toegang tot gezondheidszorg. We gingen hier in 2011 mee aan de slag binnen de verening. We staken de koppen bijeen met andere organisaties die rond dit thema aan de slag wilden gaan of reeds werkten. Zo ontstond de werkgroep Dringende Medische Hulp, samen met de vzw’s JES, Medimmigrant, Samenlevingsopbouw Brussel en Dokters van de Wereld.

In 2012 schreef de werkgroep het memorandum: “Dringende Medische Hulp voor mensen zonder wettig verblijf, waar knelt het schoentje?” We werden hiervoor ondersteund door artsen uit het Maison Médicale Aster (Schaarbeek) en de huisartsenpraktijk Renfort in (Molenbeek).

De werkgroep schetst in dit memorandum een aantal Brusselse knelpunten en formuleert concrete aanbevelingen om de toegang tot gezondheidszorg voor deze doelgroep te bevorderen. Waar mogelijk wordt verwezen naar een goede praktijk.
De vier grote pijnpunten zijn de gebrekkige informatie en communicatie (knelpunt 1), drempels in het onthaal van de Brusselse OCMW’s (knelpunt 2), geen directe toegang tot gezondheidszorg (knelpunt 3) en de moeilijk toegankelijke procedure voor daklozen (knelpunt 4).
We vestigen ook de aandacht op de moeilijke toegang tot spoeddiensten en de problematiek van de eerste consultatie. In het algemeen besluit wordt weergegeven hoe de verschillende aanbevelingen een coherent geheel vormen en een oplossing formuleert voor de gesignaleerde knelpunten.

De werkgroep ervaart dat de toepassing van deze procedure in het Brussels Gewest erg verschillend is naargelang de gemeente waar de hulpvrager zich aanbiedt. De knelpunten en de aanbevelingen zijn dus voor het ene OCMW meer van toepassing dan voor het andere. De werkgroep stelt ook
vast dat er al een stuk van de weg is afgelegd. Bepaalde Brusselse OCMW-praktijken zijn zeker aan te moedigen maar andere knelpunten
blijven een oud zeer.
De werkgroep hoopt dat de 19 Brusselse OCMW’s, apart maar ook gezamenlijk als Conferentie van de voorzitters en secretarissen van de Brusselse OCMW’s, hun werkwijze kritisch onder de loep nemen en constructief aan de slag gaan met de aanbevelingen van deze werkgroep.
Wat betreft de aanbevelingen geformuleerd aan het adres van de POD Maatschappelijke Integratie, hopen we dat hopen we dat deze getoetst worden aan
de praktijk en bekeken wordt waar de verwezenlijking van de objectieven kunnen worden geoptimaliseerd.

memorandumDMH_NL_scherm

memorandumDMH_FR_scherm